dinsdag 14 april 2009

De bekering van Charles Spurgeon


In een recente lezenswaardige preek over Johannes 3 (de ontmoeting met Nicodemus en de verhoging van de slang) haalt John Piper de bekering van Charles Spurgeon aan. Na een korte zoektocht op het internet vond ik hier de Nederlandse vertaling van het gedeelte uit het eerste deel van de autobiografie van Spurgeon.

Dit is zijn beknopte bekeringsverhaal:


"Soms denk ik dat ik tot nu toe in duisternis en wanhoop zou zijn blijven verkeren, indien God in Zijn goedheid niet een sneeuwstorm had gezonden op een zondagmorgen, toen ik naar een zekere kerk op weg was. Toen ik door de sneeuwstorm niet verder kon, ging ik een zijstraat in en kwam bij een kerkje van de Primitieve Methodisten. De predikant kwam die morgen niet; hij was wellicht ingesneeuwd. Eindelijk kwam een zeer magere man en beklom de kansel om te preken. Hij was gedwongen om bij zijn tekst te blijven om de eenvoudige reden dat hij niet veel anders wist te zeggen. De tekst was: ‘Zie op Mij (Engels: Look unto Me) en wordt behouden, alle gij einden der aarde (Jes. 45:22).’

Hij begon de preek als volgt: ‘Dit is in waarheid een eenvoudige tekst. God zegt: ‘Ziet’. Nu kost het iemand niet veel moeite om te zien. Het is niet uw voet op te heffen of uw vinger; het is alleen maar ‘zien’. Men hoeft niet naar de acedemie te gaan om dat te leren. U kunt wel de grootste domoor zijn, maar u kunt toch zien. Men hoeft geen inkomen van duizend Pond te hebben om te kunnen zien. Iederéén kan zien; een kind zelfs kan zien.’

‘Zie op Mij, Ik zweet grote druppels bloed. Zie op Mij, Ik hang aan het kruis. Zie op Mij; Ik ben gestorven en begraven. Zie op Mij; Ik sta op uit de doden. Zie op Mij; Ik vaar op naar de hemel. Zie op Mij, Ik zit aan de rechterhand van de Vader. O, arme zondaar, zie op Mij! Zie op Mij!’

Nadat hij ongeveer tien minuten op die wijze was voortgegaan, was hij aan het einde van zijn lijntje gekomen, dat hem aan de tekst bond.
Toen zag hij mij onder de galerij en daar er zo weinig mensen waren, zal hij waarschijnlijk wel gezien hebben, dat ik een vreemdeling was. Zijn oog strak op mij gericht, zei hij, alsof hij wist wat er in mijn hart omging: ‘Jongeman, u ziet er zeer ongelukkig uit en zult altijd ongelukkig blijven indien u niet gehoorzaamt aan het gebod, vervat in mijn tekst, maar indien gij er op dit moment aan gehoorzaamt, dan zult u behouden worden.’

En toen zijn handen opheffende, riep hij met zo luide stem: ‘Jonge man, zie op Jezus Christus. Zie! Zie! Zie! U hebt niets anders te doen dan te zien en te leven!’

Terstond zag ik de weg des heils. Net als toen de koperen slang opgericht was, het volk er slechts op zag en genezen was, zo was het ook met mij. Ik had verwacht om vijftig dingen te doen, maar toen ik dat woord hoorde: ‘Zie!’, welk een liefelijkheid was er toen voor mij in gelegen!

Op deze plaats en op dit uur was de wolk verdwenen, de duisternis opgeklaard en op dat ogenblik zag ik de zon en ik zou zo hebben kunnen opstaan om met hen te zingen van het dierbaar bloed van Christus en het eenvoudig geloof, dat alleen op Hem ziet. O, dat iemand mij dit eerder gezegd had: ‘Vertrouw op Christus, en gij zult zalig worden!’"

Geen opmerkingen:

Een reactie posten